© G.J. Tornij
Soesterberg
De wieg van Neerlands luchtvaart heeft in Soesterberg gestaan, onder die
titel werden anekdotes gebundeld van de eerste generatie militaire vliegers die
op Soesterberg hun opleiding ontvingen. Maar al voor het ontstaan van de
Luchtvaartafdeling was Soesterberg een plaats waar luchtvaartpioniers hun
diensten aanboden. Want in militaire kringen was men aanvankelijk niet
overtuigd van de toepassingsmogelijkheden van het vliegtuig. Nu honderd jaar
geleden werd alsnog een Luchtvaartafdeling aan de landmacht toegevoegd. Dit
jaar wordt in meerdere publicaties aandacht besteed aan de betekenis hiervan
voor Nederland. Maar sommige luchtvaartpioniers die in Nederland actief waren, hebben
ook aan de wieg gestaan van de luchtvaart in voormalig Nederlands-Indië. In de
periode 1913-1913 zijn daaronder drie slachtoffers gevallen. Over hen gaat dit
artikel.
Alfred Emile Rambaldo (1879-1911)
De eerste vlucht van de gebroeders Wright met een zwaarder-dan-lucht
vliegtuig in 1903 was een belangrijke stimulans voor de verdere ontwikkeling
van de luchtvaart. Het is aan jonge luitenant-ter-zee A.E. Rambaldo te danken
dat in 1907 de Nederlandsche Vereeniging voor Luchtvaart (N.V.v.L.) werd
opgericht. Hij verzorgde voordrachten en publicaties en bracht hooggeplaatste
personen samen met als doel de luchtvaart tot ontwikkeling te brengen. Een van
zijn eerste voordrachten werd gehouden op 5 oktober 1907 in Artis Amsterdam en
had als onderwerp ´De luchtscheepvaart ten dienste van het wetenschappelijk
onderzoek in Nederlandsch-Indië´. Nadat
hij de N.V.v.L verder tot bloei had gebracht vertrok hij in december 1908 zelf
naar Indië. Daar werd door hem de Nederlandsch Indische Vereeniging voor
Luchtvaart opgericht, met circa 600 leden gedurende 1910. In augustus 1911 had
Rambaldo naar Nederland zullen terugkeren. Op 5 augustus maakte hij echter een
ballonvaart met een voor hem fatale afloop. Die ochtend vertrok Rambaldo vanaf
een terrein bij de gasfabriek in Soerabaja. Na een korte vaart raakte de ballon
nabij Tjabak enkele boomtoppen en bleef daarin hangen. Collega ballonvaarder
Van Steijn verankerde de ballon aan een stevige tak en Rambaldo klom uit de
ballon om via de boomtakken naar beneden te klimmen. Halverwege de boom ging er
iets mis. Rambaldo viel omlaag en was op slag dood. Hij werd met militaire eer
begraven in Soerabaja op 7 augustus 1911. Nadien is zijn graf overgebracht naar
de begraafplaats Kembang Kuning en daar is zijn graf nog steeds te bezoeken.
Gerard David Spandaw (1879-1914)
Het Departement van Koloniën was in 1910 nog niet overtuigd van het
militaire nut van het vliegwezen. De tweede luitenant Ter Poorten van het
K.N.I.L. werd in de gelegenheid gesteld om
in België een vliegbrevet te verwerven, maar dan wel voor eigen rekening. Ter
Poorten verwierf zijn brevet in augustus 1911 bij de firma de Brouckère . Juist
op tijd om in september 1911 te kunnen deelnemen aan de historische legermanoeuvres
rond De Pettelaar bij Den Bosch. Eerst hier kon hogere legerleiding worden
overtuigd van de meerwaarde van het vliegtuig voor militaire doeleinden. Bij de
firma de Brouckère bestelde Koloniën vervolgens drie vliegtuigen. Voor rekening
van deze firma zouden ook drie andere Nederlands-Indische officieren tot
vlieger worden opgeleid. De eerste-luitenant der infanterie Spandaw was een van
deze officieren. Eerder al had Spandaw in Nederlands Indië zijn moed getoond.
Voor zijn verrichtingen op Flores was hem in 1910 de Militaire Willemsorde 4e
klase verleend. Te Genk behaalde hij zijn vliegbrevet op 26 september 1913. Rond
die tijd werd Spandaw belast met de afname voor het K.N.I.L. van de bestelde
vliegtuigen. In juni 1914 vloog hij een tweepersoons Déperdussin tweedekker van
Genk naar Soesterberg. Eind juni vloog hij een eenzitter monocoque over naar
Soesterberg. In de avond van de 2e juli 1914 beproefde Spandaw de monocoque
toen hij in een linkerbocht omlaag gleed
en de grond raakte. Hij raakte hierbij zwaargewond en werd overgebracht naar
het militaire hospitaal in Utrecht. Daar
overleed Spandaw in de volgende ochtend.
Johan ´Job´ Engelbert van Bevervoorde(1881-1918)
Als jong luitenant had Engelbert van Bevervoorde leiding gegeven aan expedities
van het K.N.I.L op Celebes en op Timor. Voor zijn krijgsverrichtingen verkreeg
hij in 1908 de Militaire Willemsorde 4e klasse. In 1915 besloot hij zijn carrière voort te
zetten bij de pas opgerichte Proef Vlieg Afdeeling van het K.N.I.L.. Aan het
einde van zijn vliegopleiding te Soesterberg werd hem in februari 1916 het
vliegbrevet uitgereikt. Juist in die tijd liep bij de firma Glenn Martin een
bestelling van het K.N.I.L. voor nieuwe vliegtuigen. Engelbert van Bevervoorde
werd naar Los Angeles gezonden om deze vliegtuigen af te nemen. Als kapitein
keerde hij naar Indië terug en daar werd hij in april 1917 aangesteld als
vlieginstructeur. Engelbert van Bevervoorde werd daar de stuwkracht achter de vliegafdeling
die met beperkte middelen pionierswerk moest uitvoeren. Zo vloog hij als eerste
door het bergachtig gebied tussen Rantja Ekek en Bandoeng via de
Tjiaterpas. Op 11 september 1918
instrueerde hij een leerling-vlieger in een Glenn Martin TT. Maar de start
vanaf het vliegveld Soeka-Miskin ging helemaal mis. Het vliegtuig gleed af in
een bocht en het belandde in een bamboeloods met brandstoffen. Leerling-vlieger
Sneep kon gered worden maar Engelbert van Bevervoorde kwam om in het brandende
vliegtuig. Dit ongeval was een groot verlies voor de vliegafdeling van het
K.N.I.L.. In de navolgende periode werd nauwelijks meer gevlogen. In 1924 werd
voor Engelbert van Bevervoorde een monument opgericht in Bandoeng. Na de
soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië is dit borstbeeld naar Nederland
overgebracht. Sindsdien is het monument te zien in de tuin van Bronbeek in
Arnhem.
bronnen:
´De wieg van Neerlands luchtvaart
heeft in Soesterberg gestaan´, uitgave Brabantia Nostra, Breda 1974
´Gedenkboek van de
Nederlandsche Vereeniging voor Luchtvaart, 1907- 19 oktober - 1912´, uitgave
N.V.v.L., Haarlem 1912
´Lichter dan lucht, Los van de
aarde; Geschiedenis van de ballon- en luchtscheepvaart in Nederland, Han
Nabben, uitgave BDU, Barneveld 2011
´40 jaar luchtvaart in Indië´,
Gerard Casius en Thijs Postma, Alkmaar 1986
´25 jaar militaire luchtvaart in
Nederlandsch-Indië 1914-1939´, M. van Haselen, uitgave ML-KNIL, Bandoeng 1939
´Ind. militair tijdschrift, 70e
jaargang Nr.6´, uitgave Indische krijgskundige vereeniging, Bandoeng 1939
´Aviateurs van het eerste uur, de
Nederlandse luchtvaart tot de eerste wereldoorlog´, Wim Schoenmaker en Thijs
Postma, uitgave Romen, Ede 1984
´Ridders der Militaire Willemsorde
bij de Koninklijke Luchtmacht´, uitgave Luchtmachtstaf, ´s Gravenhage 1965